Vooral na het weekend liggen er diverse bakjes waar hamburgers, patatten of frikadellen in hebben gezeten. Als je geluk hebt liggen er ook nog servetjes en een bruine papieren zak waar alles in heeft gezeten. O’ ja, en ook nog de lege blikjes frisdrank.
Waarschijnlijk snel en makkelijk uit de auto gegooid komt in mij op. Of misschien hadden ze haast, geen zin om het in een prullenbak te gooien of mee naar huis te nemen.
Zonder die troep of het afval was het hele verhaal niet in mij opgekomen; de rommel activeert mijn geest. Blijkbaar kan mijn geest er niet van afblijven, maar dat hoeft ook niet. Wel kan het verhaal in mijn hoofd een paar minuten duren en zelfs boosheid met zich meebrengen. Raar, bij mij komt boosheid en bij die wegwerpers waarschijnlijk blijdschap dat ze van die troep af zijn. Twee tegengestelde emoties worden opgeroepen door hetzelfde gebeuren van wegwerpen.
Allerlei bezwaren gaan door mijn hoofd of beter gezegd door mijn gedachten.
In plaats van éénpuntige aandacht bij de prikker of het papier is er een veelheid aan gedachten los van de werkelijkheid. Meditatief prikken zou kunnen helpen; door mij alleen te richten op mijn ademhaling of de prikker en mij zo te verbinden met wat letterlijk voor mijn voeten gebeurt. Door de steeds weer nieuwe of diepere gedachten die als een soort droste effect in mijn geest opkomen telkens los te laten, zodat het stil en leeg wordt in mijn geest. Eerlijk gezegd blijft een dunne nevelige gedachtestroom, zoals ‘ik zie het’ of ‘het gaat goed’ of ‘Ik doe het’, jammer genoeg hangen.
Mijn gedachten over mensen en het papier zijn de baas en zijn een gevangenis, waarin ik geen zicht op wat plaats vindt. Dit neurotisch gevoel kost mij energie, zeker als het langer aanhoudt. Loslaten lukt mij niet. Gelukkig dient het volgende vuil zich al aan en valt het verhaal over de gebruikers van snelle hapbakjes in mijn hoofd aan diggelen. Maar ja mijn geest blijft in actie en ziet niet wat er gebeurt.